Uitzichten
Al weer vroeg zitten we aan het ontbijt in de eetzaal van de lodge. Een plekje dicht bij het haardvuur voor extra warmte op deze frisse ochtend. Het houtvuur geeft voelbare warmte na de koude nacht. Buiten zie ik een schitterende blauwe hemel en witte welgevormde wolkjes. Ook zie ik de buschauffeur al druk bezig met het wassen van de ramen van de bus.
De route gaat vandaag gedeeltelijk langs de zelfde weg terug, om dan ergens halverwege af te slaan richting Puno. Het licht van de ochtendzon en de prachtige hemel belooft een fraai landschap. Vanuit de bus, als we stijgen, zie ik besneeuwde bergtoppen in de verte en de kleurrijke ravijnen en rotsen. Door het raampje fotograferen blijft een uitdaging, maar het landschap ziet er nu nog fraaier uit dan op de heenrit. Het letterlijke hoogtepunt is een stop bij Patcha Mama, het lokale hoogste punt op een hoogte van 4910 meter. Op de heenreis, eergisteren, zijn we hier doorgereden, een besluit van de reisleiding om ons langzaam te laten wennen aan grote hoogten. Nu is het schitterend weer en steken alle kleuren prachtig af. Haast geheimzinnig zijn de stenen torentjes die je overal in grote getale ziet staan. Volgens de gids zijn die gemaakt door mensen die hier hun geluk zoeken en een offer doen aan de berg God. De steen met uitleg en vermelding van de 4910 meter wordt gebruikt om er bij te poseren voor een foto met een fraai berglandschap op de achtergrond. Even later volgt weer de theestop bij de grillige gevormde rotsen. Hier neem ik een foto van een vrouw met een bakfiets volgeladen met artikelen voor haar verkoopstal. Als ik zie hoe deze vrouw hard werkt, dan denk ik waarom doet ze dit, waar komt ze vandaan? Nergens zo ver het oog reikt is er een vorm van bebouwing of een dorpje. Waar komt deze vrouw dan vandaan, hoever en hoe lang heeft ze al met deze bakfiets gezeuld? Waarom gaat ze niet gewoon op het zadel zitten en trappen? Is de fiets, of de ketting misschien stuk? Dit doet ze waarschijnlijk iedere dag. Als de toeristen komen, komt zij ook op deze manier met haar collectie truien, mutsen en kleedjes. ‘s Avonds tegen zonsondergang, als de laatste toeristenbus geweest is, gaat ze op dezelfde manier terug. Waar naar toe?
Waar ik lang naar uitgekeken heb is de lunchstop bij La Gunillas, op een hoogte van 4413 meter. Een groot blauw kleurend meer omgeven door zachtgroene begroeiing en op de achtergrond de grillige gevormde besneeuwde bergtoppen. De blauwe lucht met fantasievol gevormde witte wolken maken het plaatje af. Ook de plaatselijke bevolking heeft het ontdekt, dus er zijn picknickbankjes, kleden en truienverkoopsters en keurige sanitaire voorzieningen gebouwd. De kledenverkoopsters deken onze betonnen picknick tafel met een bont gekleurd kleed. Hier eten we onze meegebracht broodje op. Een lichtbruine vicuña scharrelt rond en eet van de lage groengele begroeiing. De baby-alpaca die er ook rondloopt is van één van de verkoopsters. Het aaibare witte beest bedelt bij de picknick tafels. Helaas blijven we maar een half uur op deze bewonderenswaardige plek, want we moeten nog drie uur rijden naar Puno.
Puno herken ik weer aan zijn pittoreske autovrije winkelstraat ‘Lima’ en de twee pleinen. Die drukke winkelstraat zit vol met restaurants en koffiebars. De obers staan buiten klaar met de menukaarten en proberen je in hun tent te lokken. Het regent zachtjes en daarom ga ik eerst in de grote supermarkt een presentje kopen voor de gastvrouw van morgen, bij de overnachting op het Amantani eiland. Het verkeer is druk en op alle kruispunten staan agenten om het verkeer te regelen, maar vooral staan ze nadrukkelijk te fluiten. Op het Plaza de Armas ben ik getuige van een processie met muziek rondom het plein. Beelden, of poppen, worden gedragen, het lijkt op een bruiloft of een begrafenis. De mensen kijken heel erg somber. Na een paar rondjes om het plein verdwijnen ze in in de kathedraal aan een van de zijden van het plein.
‘s Avonds is er keus genoeg voor een eetgelegenheid. Na een kort verkenningsrondje kies ik voor een restaurant in de hoofdstraat Lima. Als ik eenmaal binnen ben, valt het pas op hoeveel toeristen hier komen en al zitten. Omdat ik nog wat wil lezen en schrijven kies ik voor een tafeltje alleen. Een paar tafels verderop zie ik een paar leden van de groep zitten. Toch verkies ik voor de rust van een eigen tafel. De vier-persoons band met livemuziek had ik ook niet verwacht. Als die band begint te spelen is het gedaan met die rust. Hier hoor ik weer El condor Pasa en Guantanamera. Jammer dat het etende volk er doorheen blijft kletsen.
<< terug Chivay – Colca Canyon verder Titicaca en Uros eilanden >>